Datum: 14-maart-2014
Roman: De kolonel krijgt nooit post
Auteur: Gabriel García Márquez
De kolonel
Je komt in het hele boek niet te weten hoe de kolonel
echt heet. De kolonel is getrouwd en had een zoon, Agustín, maar die is
doodgeschoten. Hij is 75 jaar en woont in een klein, armoedig dorpje. Waar dat
dorpje is, wordt niet verteld. Er wordt alleen gezegd dat het in Zuid-Amerika
ligt. De kolonel wacht al 15 jaar op zijn veteranenpensioen, maar hij krijgt
maar geen bericht. Aan het eind van het boek heeft hij het nog steeds niet
gekregen. Erg doortastend is de kolonel niet, hij wacht liever lang dan dat hij
gaat klagen bij verschillende mensen. Uiteindelijk durft hij wel een andere
advocaat te nemen, maar dat is ook omdat zijn vrouw zo aandringt. Dat hij geen
sterke persoonlijkheid is merk je ook als hij bijvoorbeeld zijn klok wil
verkopen. Iemand vraagt dan wat hij met die klok loopt te doen en de kolonel
zegt dan dat hij hem wil laten repareren. Er wordt hem dan aangeboden om de
klok te repareren en de kolonel durft dan niet te zeggen dat hij de klok
eigenlijk wil verkopen. Hetzelfde met de haan die hij aan don Sabas wil
verkopen. Hij laat zich dan ook een paar keer afschepen.
Het valt op dat de kolonel vaak liegt. Geen ernstige leugens, maar kleine leugentjes over hoe hij zich voelt of wat hij wou gaan doen. Hij wil niet altijd toegeven dat hij ergens over inzit of dat hij zo arm is dat hij zijn klok moet verkopen.
Veel vrienden heeft de kolonel niet. Don Sabas en hij noemen elkaar steeds vriend, maar eigenlijk zijn ze niet echt vrienden.
De kolonel is eigenlijk erg gehecht aan zijn haan, dat merk je vooral aan het eind als hij toch zijn haan niet wil verkopen en liever hongerlijdt.
Altijd in oktober heeft de kolonel last van zijn maag en voelt hij zich ziek. December vindt hij de mooiste maand die er is.
Helemaal aan het einde van het boek is de kolonel plotseling heel gevat en heel anders dan in de rest van het boek. Dat is als hij zijn geniale antwoord geeft als zijn vrouw wanhopig wordt.
Zijn relatie met zijn vrouw is niet zo heel goed. Ze zijn eigenlijk heel beleefd tegen elkaar, maar houden niet echt meer van elkaar.
Het valt op dat de kolonel vaak liegt. Geen ernstige leugens, maar kleine leugentjes over hoe hij zich voelt of wat hij wou gaan doen. Hij wil niet altijd toegeven dat hij ergens over inzit of dat hij zo arm is dat hij zijn klok moet verkopen.
Veel vrienden heeft de kolonel niet. Don Sabas en hij noemen elkaar steeds vriend, maar eigenlijk zijn ze niet echt vrienden.
De kolonel is eigenlijk erg gehecht aan zijn haan, dat merk je vooral aan het eind als hij toch zijn haan niet wil verkopen en liever hongerlijdt.
Altijd in oktober heeft de kolonel last van zijn maag en voelt hij zich ziek. December vindt hij de mooiste maand die er is.
Helemaal aan het einde van het boek is de kolonel plotseling heel gevat en heel anders dan in de rest van het boek. Dat is als hij zijn geniale antwoord geeft als zijn vrouw wanhopig wordt.
Zijn relatie met zijn vrouw is niet zo heel goed. Ze zijn eigenlijk heel beleefd tegen elkaar, maar houden niet echt meer van elkaar.
De vrouw van de kolonel
Ook van haar kom je niet te weten hoe ze heet. Ze
heeft astma en is ook niet meer de jongste. Ze is behoorlijk eigenwijs en vindt
het heel vervelend dat haar man zijn haan niet wil verkopen. Ze stuurt wel af
en toe de kolonel op pad om iets te verkopen, zodat ze blijven leven tot na de
hanengevechten. Als ze niet ziek op bed ligt, is ze druk bezig in huis of is ze
kleding aan het verstellen. Ze verandert niet echt in de loop van het verhaal.
Wel wordt ze steeds geïrriteerder, omdat ze zo weinig te eten hebben en omdat
haar man zo geduldig wacht op het geld dat ze moeten krijgen.
Don Sabas
Don Sabas is een vriend van de kolonel, tenminste, ze
noemen elkaar vriend. Don Sabas is rijk, lijdt aan suikerziekte en hij is
eigenlijk alleen maar geïnteresseerd in geld. Hij is getrouwd, maar hij houdt
niet van zijn vrouw. Hij buit alles en iedereen uit, zelfs zijn zogenaamde
vriend. Dat zie je als hij die haan voor 400 psesos wil kopen, terwijl die veel
meer waard is. Don Sabas verandert niet in de loop van het verhaal. In het
begin denk je wel iets positiever over hem, maar al gauw blijkt dat hij een
rijke oplichter is.
De dokter
De dokter komt ook een aantal keer voor in het
verhaal. Hij komt regelmatig bij de kolonel op bezoek, ook omdat zijn vrouw
steeds last heeft van haar astma. De dokter is een goede man en niet
achterlijk. Hij zegt ook wat hij denkt en is niet zo naïef als de kolonel, die
eerst niet wil geloven dat don Sabas hem wil oplichten. Hij durft het pas echt
te geloven als de dokter het bevestigt. De dokter kent de kolonel tamelijk
goed. Als de kolonel altijd toevallig langskomt als de post aankomt, ziet de
dokter ook dat de kolonel eigenlijk voor de post komt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten